/ 01/12/2020
“Meer maatwerk nodig voor vervoer van kankerpatiënten”
Hoe beleven oncologische patiënten het vervoer van en naar het ziekenhuis? Welke invloed heeft die verplaatsing op het totaalplaatje van de behandeling? En vooral: waar kan het beter? Kom op tegen Kanker zocht een antwoord op die vragen. Ze bevroegen meer dan tweehonderd patiënten en vertaalden de bevindingen naar een reeks concrete aanbevelingen, voor de beleidmakers en voor de mensen op het terrein.
Een kankerpatiënt moet vaak frequent naar het ziekenhuis. Voor radiotherapie zijn bijvoorbeeld een dertigtal sessies, en dus evenveel ritten, geen uitzondering. De kwaliteit van het vervoer heeft dan ook een grote impact op hoe hij of zij de behandeling beleeft. Reden genoeg voor Kom op tegen Kanker (KOTK) om die patiëntenervaring in kaart te brengen via een enquête. Niet alleen om zicht te krijgen op de huidige situatie. Ook – en misschien vooral – om de pijnpunten de detecteren en de ruimte voor verbetering te definiëren.
Nood aan duidelijke communicatie
Ruim tweehonderd respondenten vulden de vragenlijst in. Het leverde een breed scala aan verhalen op. “De reacties waren erg uiteenlopend, ongeveer evenveel positieve als negatieve”, gaat Els Meerbergen, expert Kankerzorg bij KOTK, van start. “Bij de negatieve ervaringen zitten evenwel schrijnende voorbeelden. Patiënten die na een behandeling lang moeten wachten op hun vervoer of waar zelfs niemand komt opdagen. Bijna vijftien procent gaf een dergelijk voorbeeld. Een pijnlijk gegeven, waarbij goede communicatie al een groot verschil zou maken. Ik denk dan aan een seintje als de vervoerdienst in de file staat of wanneer er iets wijzigt in de planning. Zodat de patiënt niet nodeloos moet wachten of in extremis zelf ander vervoer moet regelen.”
Ook bij de facturatie is er een gebrek aan transparantie. Soms gaat het om hoge bedragen en ontbreken alle details van hoe de kost berekend is. Els Meerbergen: “De kostprijs is één ding, maar vooral het gebrek aan kennis van de prijzen en de complexiteit van de tussenkomsten van de mutualiteiten zijn pijnpunten. Een platform met alle mogelijkheden – van individueel liggend patiëntenvervoer tot collectief personenvervoer of vrijwilligersvervoer – en de bijbehorende kostprijs zou al een verbetering zijn. Een overzichtelijke manier voor patiënten om alle info te vergaren en zelf te kiezen welk type vervoer het best bij hun noden en wensen aansluit. Of een combinatie te maken van verschillende opties. Collectief vervoer naar de therapie en een individuele rit terug naar huis, bijvoorbeeld. In combinatie met een gedetailleerde factuur met het aantal kilometers, eventueel verpleegkundige begeleiding, de datum van de ritten en zo meer.”
“Patiëntenvervoer is een schakel binnen het oncologisch zorgpad.”
Gebrek aan visie
Uit de studie vloeit een reeks onderbouwde aanbevelingen voort. Onder meer aan beleidsmakers. “Er ontbreekt een algemene visie op het patiëntenvervoer,” benadrukt Els, ”waarbij de verdeling van de bevoegdheden tussen het federale en regionale niveau het extra ingewikkeld maakt. Een kader dat alle betrokken diensten een duidelijke houvast biedt. Die gedeelde visie moet ervoor zorgen dat een patiënt met kennis van alle opties kiest wat voor hem of haar het beste werkt. Is het contact met lotgenoten onderweg een meerwaarde of net een ballast? Is zitten of net liggen comfortabeler? Het is, net als de volledige kankertherapie, maatwerk.”
Zo wordt patiëntenvervoer een inherente schakel binnen het oncologisch zorgpad. Een element dat zo vroeg mogelijk in het traject van de patiënt ingebouwd wordt. Door een zorgverlener al bij aanvang te laten polsen naar de eigen vervoersmogelijkheden en mogelijke alternatieven aan te reiken, verlaagt de drempel naar behandeling. Het vermijdt dat mensen de behandeling niet aanvatten, uit schrik om bijvoorbeeld hun kinderen te ‘belasten’ met het vervoer van en naar het ziekenhuis. Tegelijk neemt het een deel van de stress en organisatie rond de therapie uit handen van de patiënt. Een win-win.
Belgambu aan het roer
De ervaring leert dat beleid maken op vlak van patiëntenvervoer vaak moeizaam loopt en lang duurt. Een decreet voor het zittend- en rolstoelpatiëntenvervoer, zoals er een is voor de kwaliteit van het niet-dringend liggend patiëntenvervoer, verleent de patiënt alvast duidelijke rechten.
Al in 2016 formuleerde Belgambu hierover voorstellen. In oktober van dit jaar stelde Belgambu voor om, samen met de relevantste partijen, de beproefde formule van een ‘protocolakkoord’ met minimale kwaliteitsnormen te hanteren voor het zittend- en rolstoelpatiëntenvervoer. Het beleid volgt hopelijk.
De uitgebreide resultaten van het onderzoek en alle aanbevelingen voor de toekomst van het patiëntenvervoer lees je op www.komoptegenkanker.be.